N
Naar Gods wijs bestel,
Neem, Isrels Herder, neem ter oren;
Neem, HEER, mijn bange klacht ter oren;
Neem, o mijn volk, neem mijne leer ter oren;
Neen, dwaas, de HEER weet uw gedachten,
Neen, dwaas, uw hoop zal ras vergaan,
Neen, gij, gij zijt het, dien ik eerde,
Neen; gij smeedt ongerechtigheden
Neig' nooit mijn hart tot kwade zaken,
Neig, o HEER, Uw gunstig' oren,
Niet ons, o HEER, niet ons, Uw naam alleen
Niets is, o Oppermajesteit,
Nochtans is God het doel van onzen lof,
Nochtans was God met hen begaan;
Nooddruftigen vergeet God niet,
Nooddruftigen zal Hij verschonen;
"Nooit klaagd' Ik 't u, indien Ik honger had,
Nu dan, o HEER, wat is 't, dat ik verwacht?
Nu moet uw tong de heid'nen noden;
Nu stap ik rustig aan;
Nu stelt God waterbeken
Voorzang
Nu zie ik Gilead, gered,
Psalm 116 : 8
Nu zal ik voor de weldaân, die 'k genoot,
Aan Hem, naar mijn geloften, eer bewijzen,
Hem onder al Zijn gunstgenoten prijzen.
Hoe kost'lijk is in 's HEEREN oog hun dood!
Heel Psalm 116 Dit vers zingen
Gekoppelde kernwoorden:
• Dankdag voor gewas en arbeid• Heilig Avondmaal
• Redding (Dank voor -)